Lectines: waarom planten niet altijd gezond zijn

Voor het behouden of het verkrijgen van een goede gezondheid, moet de hoofdmoot van onze dagelijkse voeding vooral bestaan uit planten, zoveel is zeker. Toch mogen we niet automatisch aannemen dat daarom alle soorten groenten, fruit, granen, noten, zaden en peulvruchten ons allemaal even goed bevallen of allen even gezond zijn voor de mens. Want zeker als de darmen niet in een optimale conditie verkeren,  kunnen bepaalde planten met de zogenaamde “lectines” prikkelende componenten bevatten, die de gezondheid soms meer kwaad dan goed doen. Wat zijn lectines precies, waarin zitten ze, wanneer vermijden we ze het best of hoe kunnen we ze minder schadelijk maken?

Irriterende eiwitten

Ongeveer 30 % van de plantaardige voedingsmiddelen bevat in betekenisvolle hoeveelheden lectines. Wat deze lectines voor een plant betekenen is niet helemaal duidelijk, maar ze zouden planten helpen beschermen tegen micro-organismen, insecten en (andere) herbivoren. Lectines zijn kleverige, koolhydraatbindende eiwitten die potentieel schadelijke effecten op onze darmen en dus algehele gezondheid kunnen uitoefenen. Lectines werden twee decennia geleden bij het grote publiek bekend, toen het “Bloedgroep dieet” van Dr Peter J. D’Adamo ons leerde dat het lichaam –afhankelijk van de bloedgroep – op bepaalde lectines niet goed reageert en dat daarom bepaalde voedingsmiddelen beter werden vermeden. Recent verscheen er met “De Plant Paradox” van Dr Steven R. Gundry een ander zeer interessant boek dat ons vertelt dat – zeker bij ziekteprocessen – lectines beter worden vermeden en dat dit een wezenlijk onderdeel vormt in het verkrijgen van een betere gezondheid.

Bijdrage tot “leaky gut”

Als kleverige eiwitten kunnen lectines op bepaalde koolhydraten van de darmwandcellen binden en daarop vervolgens een irriterende werking uitoefenen. Ze kunnen zo een medeoorzaak kunnen zijn van het ontstaan van een “leaky gut” of lekkende darm, die zelf aan de basis liggen van diverse darm- en spijsverteringsproblemen, van verschillende ontstekingsziekten en zelfs van auto-immuunziekten.  Want als een darmwand – mede door een te groot aanbod aan lectines – “lekt” of onvoldoende integriteit vertoont, kunnen zowel onvoldoende verteerde voedingspartikels, pathogene bacteriën als exotoxines en endotoxines uit de darmholte (die normaal bij een intacte darmbarrière worden tegengehouden) in het bloed terecht komen en door het immuunsysteem als vreemde, te neutraliseren indringers aanzien worden. Zowel het feit dat het immuunsysteem hierdoor sterk onder druk komt te staan, als het feit dat de  door het immuunsysteem tegen de vreemde partikels aangemaakte antilichamen door “moleculaire mimiek“ ook gaan binden op bepaalde lichaamseigen eiwitten, kan het ontstaan van auto-immuunziekten genereren. Nu zijn auto-immuunziekten ernstige en moeilijk te behandelen aandoeningen. Volgens Dr Steven Gundry is het mijden van lectines in de voeding een belangrijke stap om darm-, ontstekings- en auto-immuunziekten te behandelen of te genezen. Uiteraard als dit wordt gedaan, naast het mijden van suiker, witmeelproducten, verwerkte vleeswaren, kunstmatige zoetstoffen, industriële oliën en vetten, junk food etc….

Verminderde circulatie

Er is nog een manier waarop lectines schadelijk kunnen zijn. Sommigen ervan worden namelijk “haemagglutinines” genoemd. Dat betekent dat ze – na opname in de bloedbaan – rode bloedcellen doen agglutineren of laten samenklonteren. Het spreekt vanzelf dat die klontervorming van rode bloedcellen al de bloedcirculatie in de kleinere bloedvaten kan belemmeren, maar indirect betekent dat ook dat lectines de werking van bepaalde organen met een belangrijke microcirculatie kunnen belemmeren: ogen, nieren, hart, hersenen….

Belangrijkste bronnen

Wat zijn de belangrijkste bronnen van lectines?

  • vooral peulvruchten en in het bijzonder in soja, pinda’s en nierbonen. Maar ook erwten, kikkererwten, linzen en sperziebonen bevatten lectines.
  • bijna alle granen, inclusief quinoa, rijst, boekweit, haver, spelt, kamut, gerst, rogge, mais. Uitzonderingen zijn gierst en sorghum. De bekendste lectine is de WGA of wheat germ agglutenine in de tarwezemel. Ook alle gluten gedragen zich als lectines.
  • de nachtschadefamilie: aardappel, tomaten, aubergines, paprika, chilipepers, gojibessen
  • de komkommerachtigen: komkommers, augurken, pompoenen, courgettes, meloen
  • cashewnoten
  • pompoenpitten, zonnebloempitten, chiazaden

Wanneer lectines best vermijden?

Veel lectines zijn resistent tegen maagzuur en menselijke spijsverteringsenzymen. Dat wil zeggen dat ze niet worden afgebroken en ongehinderd de darmslijmvliezen bereiken, waaraan ze zich vervolgens kunnen hechten en tot klachten kunnen leiden. Toch moeten wij  niet onmiddellijk vrezen voor die lectines, zeker bij een spijsverteringsstelsel in een gezonde conditie: de slijmstoffen in de mond en het speeksel kunnen ze al inactiveren, maagzuur kan sommige lectines inactiveren, ook de slijmlaag die ligt op het slijmvlies van mond tot anus vormt een bescherming ertegen en ten slotte kunnen we ook een darmflora of microbiota ontwikkelen die lectines afbreken. Maar volgens Steven Gundry doen alle mensen met darm- en spijsverteringsproblemen, met ontstekingsziekten, met auto-immuunziekten en met alle mogelijk andere ernstige aandoeningen er goed aan om alle lectines zoveel mogelijk te vermijden. Want pas dan – als ook de andere, hoger opgenoemde boosdoeners worden vermeden – kan het darmslijmvlies terug in een goede conditie gebracht worden en kan een stap naar genezing of naar stabilisatie van het ziektebeeld gezet worden.

Lectines minder schadelijk maken

Sommige mensen die in een goede gezondheid verkeren of mensen voor wie het mijden van lectines toch een stap te ver is, kunnen gebruik maken van de volgende tips om de negatieve impact van de lectines te verminderen:

  • heel wat lectines kunnen geïnactiveerd worden door de voeding voldoende te koken of te bakken. Uitzondering is WGA of wheat germ agglutenine in tarwe, waardoor tarwe als graan toch beter volledig wordt gemeden
  • de enige granen die geen schadelijke lectines bevatten, zijn gierst en sorghum
  • gepolijste of geraffineerde witte granen bevatten minder lectines dan volkoren granen. Maar omwille van hun lagere voedingswaarde (vooral verlies van magnesium, vitamines B en vitamine E door het raffineren), worden deze witmeelproducten best toch sterk beperkt
  • peulvruchten consumeer je best alleen nadat ze bereid werden onder hoge druk in een snelkookpan. Want bv van nierbonen die rauw of onvoldoende gekookt gegeten werden, zijn zelfs ernstige intoxicaties vastgesteld (door het lectine “fytohaemagglutenine”)
  • tomaten en paprika’s kan je best consumeren als je eerst de pel en de zaden hebt verwijderd
  • ten slotte kunnen fermentatieprocessen ook veel lectines onschadelijk maken: gebruik daarom bv alleen gefermenteerde soja (tempeh, natto, tamari, shoyu, miso, yofu…)

Besluit Niet alle planten zijn even gezond. Sommigen bevatten prikkelende lectines die de conditie van het darmslijmvlies kunnen aantasten en daarmee bepaalde ziekten in de hand kunnen werken. Het is dan ook aanbevolen om bij veel ziekten eerst een lectinevrij dieet te nuttigen, zoals omstandig wordt uitgelegd in het boek “De Plant Paradox” van Dr Steven R. Gundry. Nadien kan men eventueel de lectines geleidelijk opnieuw introduceren, zeker als men de hoger aangegeven tips in acht neemt.

Geef als eerste een reactie

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd.


*