Biologische stadslandbouw: een belangrijke optie op de toekomst

Heel wat mensen vragen zich af of de biologische landbouw de totale bevolking van onze planeet in de nabije toekomst volledig zou kunnen voeden. In principe lijkt dit mogelijk, maar dan zullen we de basisgrondstoffen voor onze voeding niet alleen op, maar ook boven en onder de grond moeten telen.

Eén van de basisprincipes van het Europese EU Biolabel bestaat erin dat bijna alle eetbare plantensoorten die zich op onze planeet met hun wortels in de bodem nestelen, ook bij de bioteelt in volle grond gekweekt moeten worden. Dit volle grond-principe werd nog extra versterkt in de recent vernieuwde Europese biowetgeving.

Zuinig grondgebruik

Daarom moet elk land er in de eerste plaats voor zorgen dat er in de nabije toekomst zoveel mogelijk teeltbare landbouwgrond bewaard blijft. Maar dit is gemakkelijker gezegd dan gedaan, want in de meeste Europese landen worden er nog altijd jaarlijks enorme oppervlakten grond extra volgebouwd met woningen, bedrijven, winkelcentra of wegenbouw.

Een trein die zeer snel rijdt, kan je moeilijk onmiddellijk doen stoppen. Als gevolg hiervan moet je dan ook eerst proberen om hem zoveel mogelijk te vertragen. Dit is in elk geval het basisidee achter het plan “zéro artificialisation nette” van landbouwland Frankrijk, waarbij het extra grondverbruik tegen jaar 2030 gehalveerd zou moeten worden.

Braak

Een belangrijk instrument hiertoe is het hergebruik van de zogenaamde “friches”, ofwel stukken grond die braak liggen. Deze kunnen bebouwd of onbebouwd zijn, liggen vaak in of nabij verstedelijkte agglomeraties en zijn in heel wat gevallen vervuild.

Voormalige landbouwpercelen

Een deel van de onbebouwde braakliggende stukken grond zijn voormalige landbouwpercelen die om uiteenlopende redenen verlaten zijn, maar die vanwege een relatief goede bodemkwaliteit opnieuw snel voor teeltdoeleinden ingezet kunnen worden. In de agglomeratie van Parijs gebruiken de verschillende overheden dergelijke plekken in toenemende mate als startpunt voor biolandbouwers, die vaak al rendabel kunnen werken met een oppervlakte van ongeveer 1 hectare. En dit is een trend die stilaan ook naar onze streken begint door te sijpelen.

Hergebruik braakliggende terreinen

Het hergebruik van bebouwde of onbebouwde braakliggende terreinen voor de maatschappelijke ruimtehonger kan er dus in de nabije toekomst voor zorgen dat een flink deel van onze huidige vrijliggende landbouwgronden in ons landschap bewaard kunnen blijven.

Maar de noodzakelijke opknapbeurt om braakliggende zones op een kwaliteitvolle manier om te kunnen vormen tot gemengde gebieden voor wonen, werken en vrije tijd is vaak vrij duur op korte termijn. Op het niveau van de totale samenleving kan deze kost echter op termijn terugverdiend worden, meer bepaald door de jaarlijkse economische en ecologische waarde van de (biologische) voedingsproducten die op bewaard gebleven landbouwgronden geproduceerd worden, als een belangrijk winstpunt te beschouwen.

Vandaar het idee om de herwaardering van ongebruikte terreinen financieel te ondersteunen – zoals via het pas opgerichte nationale steunfonds Fonds vert (2 miljard euro in 2023). In de regio rond Parijs – Île de France – vertegenwoordigen de “friches” bijvoorbeeld ruim 2700 terreinen van samen 4200 hectaren – ofwel zowat 40 procent van de totale oppervlakte van de stad Parijs.

Stadslandbouw

Door al die beschikbare terreinen is Parijs in Europa dan ook tot zowat de hoofdstad van de (vaak vertikale) stadslandbouw uitgegroeid – gaande van de teelt op platte daken tot kleine wolkenkrabberserres van 4 tot 6 verdiepingen in Romainville. Maar de meeste kweekmethodes die binnen de stadslandbouw gebruikt worden (op water, in plantenbakken…) kunnen helemaal niet als biologisch erkend worden.

Biologische stadslandbouw

Toch ontdekken we hier een zeer interessante uitzondering op deze regel. Zo kan de laag aarde – ofwel het substraat – waar paddenstoelen op groeien als biologisch erkend worden. Het allereerste biologische teeltbedrijf in Parijs is dan ook een champignonkwekerij, meer bepaald La Caverne, die zich omstreeks het jaar 2017 op de tweede verdieping van een afgedankte ondergrondse parking genesteld heeft. De verkoop verloopt grotendeels via de lokale biowinkels, met aanlevering per (bak)fiets of elektrische bestelwagen.

La Caverne werd opgericht na een studiedag rond de vraag “hoe steden morgen gevoed moeten worden bij een dreigend tekort aan landbouwgronden in hun nabije omgeving”. Daarnaast zijn er plannen voor een ondergrondse kweekplek in de voorstad Athis-Mons, waar de Parijse champignon centraal zal staan. De oudste vermelding van de teelt van deze champignon – ofwel de meest verorberde paddenstoel op onze aardbol – dateert reeds uit het jaar 1651, en omstreeks 1780 startte de gewoonte om deze paddenstoelsoort in de ondergrondse steengroeven van Parijs te kweken. Intussen werd er tevens al een ondergrondse boerderij in Bordeaux gerealiseerd, en men werkt ook aan een project in Lille nabij de Belgische grens. Tenslotte werd ook de transformatie van de champignons tot afgewerkte voedingsproducten opgestart in de vorm van onder meer soepen en vleesvervangers.

Een zeer beloftevolle biologische paddenstoelenkwekerij in ons land is dan weer Pleuris Mushrooms in Kinrooi op de grens tussen Belgisch en Nederlands Limburg, waar vooral de mogelijkheden van minder gangbare paddenstoelsoorten zoals Beukenzwammen, Akkerpaddenstoelen, Kastanje Champignons, Eekhoorntjesbrood, Eryngii, Maitakes en Nameco uitgetest worden.

Algen

Kortom : de paddenstoelenteelt is een vorm van vertikale stadslandbouw die bijvoorbeeld in vijf lagen boven elkaar gekweekt kan worden, en die hierbij toch met een biolabel bekleed kan worden. Ook de waterbakken van de algenteelt zouden met een biologische erkenning in meerdere lagen boven elkaar geproduceerd kunnen worden. De tot nu toe meest gekweekte algensoorten zijn spiruline en chlorella, zoals we onder meer kunnen zien bij Etika Spirulina nabij Lille.

Zeewier op land

Nog een andere beloftevolle optie op de toekomst die eveneens een biolabel kan krijgen, is de kweek van zeewier op land. In de provincie Noord-Holland en op het eiland Texel zijn er al enkele bedrijven volop mee bezig, zoals Waddenwier en SeaweedTech. In ons land is OceanBites uit Oostende van plan om hetzelfde pad te bewandelen.

Bij een mogelijk gebrek aan landbouwgrond in de toekomst kunnen al deze biologische teelten dus zowel boven, op of onder de grond gerealiseeerd worden op industriële sites, waarbij van relatief kleine oppervlaktes gebruik zal kunnen worden gemaakt. Overdekte teelten zullen daarnaast ook belangrijker worden als gevolg van onze toenemend onstabiele weer- en klimaatsystemen…

Info

www.lacaverne.co

www.pleunismushrooms.nl

www.etikaspirulina.fr

www.waddenwier.com

www.seaweed-tech.com

www.oceanbites.eu

Foto’s : www.lacaverne.co, www.etikaspirulina.fr en www.waddenwier.com

Geef als eerste een reactie

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd.


*