Waarom verzadigde vetzuren niet de oorzaak zijn van hart- en vaatziekten

Deel 3: bewijzen uit grote overzichtsstudies + welke vetten zijn dan wel slecht voor hart- en bloedvaten?

In de vorige twee delen van deze artikelenreeks haalden we al verschillende argumenten aan waarom verzadigde vetzuren geenszins de oorzaak zijn van hart- en vaatziekten. Welke grote overzichtsstudies onderbouwen dat en als het niet de verzadigde vetzuren zijn die tot hart- en vaatziekten bijdragen, blijft de hamvraag welke oliën en vetten doen dat wel?

Blind voor de waarheid

De voedingsindustrie, met in haar zog de door haar beïnvloede reguliere voedingsleer, adviserende gezondheidsinstanties en mediakanalen, blijft inmiddels blind of doof voor de waarheid dat de ‘vethypothese’ onjuist blijkt. De verklaring hoeft niet ver gezocht te worden: er worden nog steeds miljarden verdiend door de verzadigde vetzuren (in boter, kokosolie, room, rundvet, kaas, melk, kip en vlees) valselijk te beschuldigen en als alternatief industriële, onverzadigde vetzuren aan te bieden die inmiddels in duizenden voedingsmiddelen zitten: geraffineerde supermarktoliën, margarines, minarines, mayonaises, dressings, verwerkte vleeswaren, koek, gebak, chips, pizza, lasagne, junkfood…Ondertussen blijven westerse degeneratieziekten maar angstwekkend toenemen.

Sprekende studies

Welke grote en correct uitgevoerde overzichtsstudies (‘reviews’ en/of ‘meta-analysen) onderbouwen inmiddels dat verzadigde vetzuren niet die boosdoeners zijn voor hart- en bloedvaten?

  •  In 2009 ging een meta-analyse van 11 streng geselecteerde bevolkingsstudies na in welke mate het advies van de reguliere dieetleer om verzadigde vetten te verminderen ten voordele van koolhydraten, impact had op het voorkomen van hart- en vaatziekten. De conclusie was: verzadigd vet vervangen door koolhydraten geeft een…. 7 % hogere kans op hart- en vaatziekten1!
  • Nog in 2009 werd een systematic review gepubliceerd van studies met hoge methodologische kwaliteit die concludeerde2
  • zijn sterk beschermend tegen hart- en vaatziekten: “mediterraan dieet”, groenten, noten, mono-onverzadigde vetzuren (olijfolie)
  • zijn matig beschermend tegen hart- en vaatziekten: vis, omega-3-vetzuren, volle granen, fruit, vezels
  • vertonen geen associatie met hart- en vaatziekten: verzadigde vetten, poly-onverzadigde-omega-6-vetzuren
  • zijn sterke geassocieerd met een hoger risico op hart- en vaatziekten: “transvetten”, voeding met “hoge glycemische index” en “hoge glycemische lading” (= suiker en witmeelproducten)

Belangrijk is dus dat verzadigde vetten van schuld werden vrijgepleit, dat suiker en geraffineerde granen als sterke boosdoeners naar voor traden en dat de ‘gezonde’ omega-6-vetzuren geen afname van hart- en vaatziekten garanderen.

  • In 2010 verscheen in het gereputeerde wetenschappelijk tijdschrift ‘The American Journal of Clinical Nutrition’ de meta-analyse die wellicht het meeste stof deed opwaaien en die de theorie dat verzadigd vet slecht is voor hart- en bloedvaten, voorgoed naar het rijk der fabelen wees. Voor deze meta-analyse selecteerde men 21 studies met in totaal 347.747 deelnemers en de conclusie was zeer duidelijk3: de consumptie van verzadigde vetten is niet geassocieerd met kransslagaderziekten, noch met hart- en vaatziekten in hun totaliteit (inclusief beroertes). Bovendien verscheen in diezelfde editie van ‘The American Journal of Clinical Nutrition’ een meta-analyse die aantoonde dat er een voedingsgroep bestaat die wel geassocieerd is met een hoger risico op hart- en vaatziekten: de “snelle suikers” of alles met suiker en geraffineerde granen, die de bloedsuikerspiegel snel doen stijgen of een hoge glycemische index vertonen4.
  • In 2011 concludeerde een review5:
  • de toename van verzadigde vetten in het dieet leidt weliswaar tot een milde toename van de cholesterolspiegel, maar leidt niet tot een toename van hart- en vaatziekten
  • het vervangen van verzadigde vetten door koolhydraten en in het bijzonder koolhydraten met een hoge glycemische index, is geassocieerd met een toename van hart- en vaatziekten
  • In 2014 concludeerde een meta-analyse en systematic review van liefst 49 observatiestudies en 27 gerandomiseerde placebogecontroleerde studies (onderzoek uitgevoerd onder leiding van de medische onderzoeksraad van de Universiteit van Cambridge en ondersteund door de British Heart Federation)6:
  • het beperken van verzadigde vetten leidt niet tot een afname van hart- en vaatziekten
  • de zogenaamde ‘gezonde’ meervoudig onverzadigde vetzuren (vnml. omega-6-vetzuur houdende plantaardige oliën en margarines die gepromoot worden), voorkomen geen hart- en vaatziekten
  • Nog in 2014 onderzocht een meta-analyse of het beperken van verzadigde vetten nut had bij mensen die een hartaanval hadden doorgemaakt. De conclusie luidde dat door beperken van verzadigde vetten het risico op hartaanvallen, beroertes of overlijden niet afnam7
  • In 2015 verschenen de resultaten van een meta-analyse en systematic review die keek naar de relatie tussen het gebruik van verzadigde vetten en transvetten en diverse aandoeningen, waarvoor meer dan 300.000 mensen gedurende meer dan 25 jaar gevolgdwerden:
  • verzadigde vetten zijn niet geassocieerd met: hogere algemene sterfte, sterfte door hart- en vaatziekten, kransslagaderziekten, met beroerte of diabetes type 2
  • industriële transvetzuren, maar niet natuurlijke transvetzuren in producten van herkauwers, zijn geassocieerd met een hogere algemene sterfte, hogere sterfte door hart- en vaatziekten en door kransslagaderziekten
  • In 2017 werden de resultaten gepubliceerd van een zeer grote cohortstudie of bevolkingsstudie, waarvoor meer dan 135.000 deelnemers uit 18 landen werden gevolgd van 2003 tot 2013. Hierbij werden de voedingsgewoonten opgevolgd qua hoeveelheid ingenomen koolhydraten, qua hoeveelheid opgenomen vetten (alsook de subtypes daarvan), qua hoeveelheden eiwitten en die consumptiehoeveelheden werden opgedeeld in kwintielen (of in vijf gelijke stukken). De conclusies waren9:
  • een hogere koolhydrateninname was geassocieerd met een hoger totaal sterfterisico
  • een hogere vetinname (alsook van alle subtypes van vet): was geassocieerd met een lager totaal sterfterisico en was niet geassocieerd met een hoger risico op hart- en vaatziekten, hartinfarct, noch op sterfte door hart- en vaatziekten
  • de inname van verzadigd vet was zelfs omgekeerd geassocieerd met de kans op beroerte!

De onderzoekers besloten: “de klassieke dieetrichtlijnen in verband hoog koolhydraten/laag vet-dieet en de strenge beperking van verzadigde vetten moeten dringend herzien worden!”

  • In 2019 verschenen de resultaten van één van de grootste analyses ooit waarbij de onderzoekers gegevens van 51 Europese landen vergeleken om na te gaan welke de belangrijkste aparte dieetfactoren waren die bijdroegen tot de cardiovasculaire sterfte in de periode 1990-2016, die in die periode evolueerde van 12,3 tot 17,6 miljoen. De duidelijke associaties die werden gezien waren10:
  • er werd geen verband gezien tussen de inname van verzadigde vetten (zuivel, vlees) en het optreden van hart- en vaatziekten
  • qua relatie tussen een gebrekkige inname aan bepaalde voedingsmiddelen en sterfte door hart- en vaatziekten, zag men een significant verband voor een gebrek aan volle granen, noten en zaden, fruit, omega-3-vetzuren uit zeevoedsel, groenten, peulvruchten, vezels en poly-onverzadigde vetzuren
  • qua relatie tussen een overmatige inname van bepaalde voedingsmiddelen en sterfte door hart- en vaatziekten, zag men een verband voor verwerkte vleeswaren, transvetzuren, gesuikerde frisdranken en zout

Wat zijn dan de echt ‘ongezonde’ vetten?

Als de verzadigde vetzuren niet de boosdoeners zijn, welke vetten en oliën vermijden we dan het best of welke aspecten maken van vetten en oliën middelen die de gezondheid bedreigen?

  1. Raffinage tot ‘dode’ en nutriëntenarme middelen.

De meeste mensen hebben geen idee aan welke sterke bewerkingen de industriële oliën en – vetten onderworpen worden. Door stappen zoals persen bij hoge temperatuur en gebruik van chemische solventen (voor een zo groot mogelijk rendement), ontgommen en ontwassen (tegen troebeling en), filteren (tegen neerslag), neutraliseren of ontzuren (tegen branderige smaak), bleken, ontgeuren of deodoriseren… zijn deze oliën niet alleen zeer sterk gedemineraliseerd, er zijn zeer belangrijke natuurlijke celbeschermende antioxidanten verloren gegaan, voorop vitamine E, co-enzym Q10 en polyfenolen. Alles behalve goed voor de gezondheid!

  • Kunstmatige antioxidanten

Een door raffinage van zijn natuurlijke antioxidanten ontdane olie bewaart niet goed en wordt snel ranzig. Daarom zet men kunstmatige antioxidanten in, voorop gebutyleerde hydroxytolueen (BHT) en gebutyleerde hydroxyanisol (BHA). Dat zijn helaas potentieel zeer toxische stoffen, want ze worden door de wetgevende instanties (in zekere mate) gereglementeerd. In dierenstudies wordt hiervan vooral gezien: remmen van herstel van beschadigd DNA, groter risico op kanker en minder aanmaak van stollingsfactoren in de lever

  • Verhitting van POVZ: een tijdbom

Naast het feit dat bij een paar van de onder de punt 1 aangehaalde raffinagestappen (persen, bleken en ontgeuren) al een sterke verhitting van industriële oliën plaatsgrijpt, luiden de voedingsadviezen nog steeds dat oliën rijk aan poly-onverzadigde vetzuren of POVZ (zonnebloem-, soja-, maïs-, saffloer-, pinda-, druivenpit-, rijstvlies-, lijnzaad- en koolzaadolie) goede bak- en frituurvetten zijn. Maar zoals in deel 1 van deze artikelenreeks uitgelegd: poly-onverzadige vetzuren (POVZ) zijn uitermate gevoelig voor oxidatie. Al de voornoemde verhittingsprocessen zorgen ervoor dat de POVZ voor een flink deel geoxideerd worden lipide peroxidatieproducten en aldehyden, die als sterke ‘vrije radicalen’ fungeren, daarbij zeer schadelijk zijn voor alle lichaamsstructuren en daardoor een zeer belangrijke medeoorzaak vormen van de meeste westerse degeneratieziekten.

  • Overmaat omega-6-vetzuren: catastrofaal

Tot pakweg 1860 gebruikt de mens geen persoliën van noten en zaden. Maar zeker toen de verzadigde vetzuren tot boosdoeners werden uitgeroepen, kwam de voedingsindustrie op de proppen met (geraffineerde) oliën, die progressief steeds meer geconsumeerd werden. En wat blijkt: als we het bij de belangrijkste voedingsoliën houden, met name zonnebloem-, soja-, maïs-, saffloer- en pindaolie, dan blijken die allemaal vooral uit… omega-6-vetzuren te bestaan. Hierdoor is al decennialang een proces bezig waarbij de ontsteking bevorderende omega-6-vetzuren steeds meer voorkomen in de voeding en in dus ook in het lichaam van de westerse mens ten nadele van de ontstekingsremmende omega-3-vetzuren. Die zondvloed aan omega-6-vetzuren is één van de hoofdoorzaken van de op chronische ontsteking berustende westerse degeneratieziekten. Eigenlijk mijd je best alle oliën, rijk aan omega-6-vetzuren, zelfs als ze biologisch en koudgeperst zijn.

  • Transvetzuren: nog meer ontsteking  

Alsof het nog niet genoeg is dat de sterk nutritioneel verarmde geraffineerde oliën, de kunstmatige antioxidanten, de geoxideerde vetzuren en de overmaat omega-6-vetzuren mee aan de basis liggen van alle westerse beschavingsziekten, is er nog een zeer vervelend aspect verbonden aan het vervangen van verzadigde vetzuren door industriële plantaardige oliën. Verzadigde vetzuren bewaren goed en hebben een voor de productie van voedingsmiddelen geschikt semivaste consistentie. Industriële persoliën vertonen beide eigenschappen niet: ze zijn zeer vloeibaar en de ermee vervaardigde voedingsmiddelen bewaren niet goed. Om dit op te vangen, begon de voedingsindustrie onverzadigde vetzuren aan een partieel hydrogenatieproces of ‘hardingsproces’ te onderwerpen, waarbij ze betere bewaareigenschappen en een vastere consistentie verkregen. Hierbij wordt een geraffineerde olie bij een hoge temperatuur, met behulp van waterstofgas en met nikkel als katalysator, inderdaad partieel gehard. Helaas ontstaan door dit hydrogenatieproces – naast de corresponderende vastere verzadigde vetzuren – door ‘collateral damage’ een categorie van voor onze gezondheid zeer nadelige vetzuren: de zogenaamde transvetzuren.  Transvetzuren vertonen niet alleen een voor alle lichaamsstructuren storende chemische configuratie, ze verstoren ook het metabolisme van essentiële vetzuren. Resultaat: ze bevorderen de chronische laaggradige ontsteking die mee aan de basis ligt van de meeste degeneratieziekten. Hoewel transvetzuren tegenwoordig geweerd worden voor smeerbare margarines (die wel nog zondigen tegen de eerste 4 punten), zitten ze als onderdeel van partieel geharde oliën en vetten in duizenden verwerkte voedingsmiddelen: kant- en klaar maaltijden, mayonaises, dressings, sauzen, frituur- en tavernekost, fast food, harde bakmargarines, industrieel gebak, chips, snacks, gewone chocopasta, vissticks, diepvriesgerechten, verwerkte vleeswaren…   

  1. Jakobsen MU, O’Reilly EJ, Heitmann BL, Pereira MA, Bälter K, Fraser GE, Goldbourt U, Hallmans G, Knekt P, Liu S, Pietinen P, Spiegelman D, Stevens J, Virtamo J, Willett WC, Ascherio A. Major types of dietary fat and risk of coronary heart disease: a pooled analysis of 11 cohort studies. Am J Clin Nutr. 2009 May;89(5):1425-32. doi: 10.3945/ajcn.2008.27124. Epub 2009 Feb 11.
  2. Mente A, de Koning L, Shannon HS, Anand SS. A systematic review of the evidence supporting a causal link between dietary factors and coronary heart disease. Arch Intern Med. 2009
  3. Patty W Siri-Tarino, Qi Sun, Frank B Hu, Ronald M Krauss. Meta-analysis of prospective cohort studies evaluating the association of saturated fat with cardiovascular disease. Am J Clin Nutr 2010; 91(3): 535 – 46
  4. Patty W Siri-Tarino, Qi Sun, Frank B Hu, Ronald M Krauss. Saturated fat, carbohydrate, and cardiovascular disease. Am J Clin Nutr 2010; 91(3): 502 – 9.
  5. Kuipers RS, de Graaf DJ, Luxwolda MF, Muskiet MH, Dijck-Brouwer DA, Muskiet FA. Saturated fat, carbohydrates and cardiovascular disease. Neth J Med. 2011 Sep;69(9):372-8. Review
  6. Chowdhury R, Warnakula S, Kunutsor S, Crowe F, Ward HA, Johnson L, et al. Association of Dietary, Circulating, and Supplement Fatty Acids With  Coronary Risk: A Systematic Review and Meta-analysis. Ann Intern Med. 2014;160:398-406. doi:10.7326/M13-1788
  7. Schwingshackl L, Hoffmann G.Dietary fatty acids in the secondary prevention of coronary heart disease: a systematic review, meta-analysis and meta-regression. BMJ Open 2014;4:e004487. doi: 10.1136/bmjopen-2013-004487
  8. de Souza Russell J, Mente Andrew, Maroleanu Adriana, Cozma Adrian I, Ha Vanessa, Kishibe Teruko et al. Intake of saturated and trans unsaturated fatty acids and risk of all cause mortality, cardiovascular disease, and type 2 diabetes: systematic review and meta-analysis of observational studies 2015; 351 :h3978
  9. Dehghan M et al. Associations of fats and carbohydrate intake with cardiovascular disease and mortality in 18 countries from five continents (PURE): a prospective cohort study. Lancet. 2017 Nov 4;390(10107):2050-2062. doi: 10.1016/S0140-6736(17)32252-3. Epub 2017 Aug 29. PMID: 28864332
  10. Meier, T., Gräfe, K., Senn, F. et al. Eur J Epidemiol (2019) 34: 37. https://doi.org/10.1007/s10654-018-0473-x

Geef als eerste een reactie

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd.


*